Hoe het begon…
We schrijven medio november 1961.
Toen had het eerste gesprek plaats in café De Zwaan, om te komen tot het oprichten van een carnavalsclub.
In januari 1962 werd door de initiatiefnemers, Jan en Jaan v.d. Boomen, Riek Erkens-v.d. Boomen, Jan Peeters en Jan Kanen, besloten om met een raad van 4 personen als carnavalsclub naar buiten te treden.
Tijdens een van de oprichtingsvergaderingen heeft men enkele uren besteed aan het vinden van een naam voor de carnavalsclub.
Geen enkele naam kon genade vinden totdat wijlen Jan v. d. Boomen een “waargebeurd” verhaal ging vertellen over zijn praktijken als “veearts”, waarvoor hij zich bij een rechter had moeten verantwoorden. In die gerechtelijke uitspraak noemde men hem een kwakzalver en ziedaar, de Kwakzalvers waren geboren.
Als eerste prins trad Leo v. Vlokhoven naar buiten. Meteen ook werden er plannen gesmeed om deel te nemen aan de optocht. O ja, contributie betalen had men bijna over het hoofd gezien. Besloten werd om elke maand een ledenvergadering te beleggen om zo de contributie van F 3,50 per maand te kunnen voldoen.
De leden van het eerste uur waren allemaal stamgasten van café De Zwaan en er was afgesproken dat, wanneer er 1/3 deel van de leden aanwezig was, er gestemd mocht worden over zaken en personen. In de praktijk betekende dit dat er elk weekend wel iemand in de vereniging werd gestemd. Zo zijn de Kwakzalvers snel en onder veel potten bier gegroeid.
Gelukkig zag men ook snel in, dat om een carnavalsclub te kunnen runnen, meer financiële armslag nodig was.
Daarom ging men toep- en barakconcoursen houden om een bonte avond te organiseren en sloot men zich aan bij de KO.K.
In een later stadium heeft men ook nog kienavonden gehouden.
De eerste jaren verliepen voortvarend en iedereen had alles voor elkaar en voor de club over, maar in september 1966 dreigde er een crisis. Besloten werd om de carnavalsclub niet op te heffen, maar om de leden die niet aanwezig waren te royeren en met de personen die aanwezig waren (20) door te gaan.
In 1974 werd in de spuiterij van Mikkers het eerste dansfestival georganiseerd, maar deze accommodatie bleek toch niet zo geschikt en met een onderbreking van een jaar werd er dan ook verhuisd naar De Schalm.
De dansgarde heeft vele successen behaald. In de jaren ’75-’80 waren zij bijna onverslaanbaar, zowel bij de garde als show als ook de solo’s. Alle titels die er toen te behalen waren zijn door onze dansmarietjes behaald. Het afgelopen jaar heeft de dansgarde wederom geweldig gepresteerd in de categorie show. Hierin werden zij Brabants kampioen, 2e bij de Nederlandse kampioenschappen en 4e bij de Europese kampioenschappen.
Dat de Kwakzalvers een hechte club is, behoeft geen betoog, ook getuige de eensgezindheid in juni 1988 toen de vereniging genoodzaakt was te veranderen van residentie.
Er werd onderdak gevonden in de zaal van Café De Gouden Appel, nog steeds’ naar ieders tevredenheid.
Zoals ik al eerder memoreerde organiseerde de Kwakzalvers in de beginjaren al een bonte avond, met voordrachten vanuit de eigen leden. In 1985 is hieruit de Zittingsavond, zoals we die nu kennen, ontstaan.
Het sociale aspect heeft bij de Kwakzalvers altijd hoog in het vaandel gestaan. We denken dan aan huize Sele en Merefelt, waar we carnavals avonden, kienavonden en sinterklaasavonden organiseren. En even voor Kerstmis werden er samen met de bewoners kerststukjes voor de bewoners en het huis gemaakt.
(Tekst uit het boekje dat is uitgebracht ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan (1992) en gemaakt door de Commissie “Promoting Zeelst”.)